Dag 10 - Autorit naar Cedar Lodge via Yosemite Valley

Het weer: zonnig, 's morgens bij de Lodge fris, later ca. 25 graden. Gereden 174 miles/280 kilometers.

Na het ontbijt in het restaurant in Grant Grove gaan we om 8.55 uur op weg naar Cedar Lodge; dat ligt een aantal miles ten westen van Yosemite National Park. De route is eenvoudig vandaag, eerst via de 180, dat is een scenic byway, naar Fresno en dan via de 41 naar Yosemite Valley. Behalve in en rond Fresno is het een hele mooie route. Af en toe stoppen we voor de mooie uitzichten. We drinken onderweg koffie bij het Best Western Hotel in Oakhurst. De Amerikaanse koffie vinden we niet echt lekker, daarom hebben we al dagen geen koffie gedronken, maar ja, af en toe wil je toch wel eens koffie. Alleen in San Francisco waren er lekkere cappuccino's te krijgen. 

Kort nadat we Yosemite National Park zijn binnengereden stoppen we in Wawona voor de lunch. We kopen een paar sandwiches en eten die op een picknickbank aan de South Fork Merced River op.

Via een tunnel komen we Yosemite Valley binnen. Direkt hierna is er een uitzichtpunt en dit is een van de meest gefotografeerde uitzichten ter wereld. Het is er dan ook vreselijk druk. Dat geldt trouwens voor bijna overal in Yosemite Valley, want dit is een van de drukste nationale parken van Amerika.

We hebben nog een stopje gepland bij de parkeerplaats van El Capitan. Dat is een berg met een loodrechte wand. Er gaan ook klimmers naar boven en die doen er een paar dagen over om de wand helemaal te beklimmen. Ze overnachten dan in een soort bakje dat ze zelf aan de wand hangen. Daar is moed voor nodig. Niets voor ons.

Als we de picknickplaats bij El Capitan oprijden komt er een man aangerend en zien we enorme rook, eerst wit en dan grijs. Wij denken aan brand en vooral aan wegwezen. We willen daarom snel weer verder rijden. De weg langs El Capitan is éénrichting, maar er komen ons auto's tegemoet. Dus wij keren ook en rijden tegen de richting in. Politieauto's en een ambulance komen aangereden. Een stukje verder komen we tot stilstand. Het verkeer zit muurvast. Verderop bij een kruising staat een aantal rangers. Zij houden alle verkeer tegen. Ine gaat vragen wat er aan de hand is. Het blijkt geen brand te zijn, maar een rotsblok dat naar beneden is gekomen tot op de weg toe. Er moeten bulldozers komen om de weg vrij te maken. 's Avonds zien we op de televisie dat dit al de tweede keer is deze week dat er een rotsblok naar beneden is gekomen; de keer ervoor is er zelfs een Britse klimmer om het leven gekomen. We staan zo'n anderhalf uur vast. Dan is er een omleiding gemaakt, zodat wij de vallei uit kunnen rijden. Het verkeer komt langzaam op gang. 

Om 17.45 uur zijn we dan toch bij Cedar Lodge. Deze ligt heel afgelegen. Het internet doet het nauwelijks en je moet er ook nog voor betalen; het gaat via een satelliet. Naast Cedar Lodge is Cedar House restaurant en bar/grill. We gaan bij de bar/grill een (vegetarische) Californian Melt burger eten met een lokaal biertje erbij. Dat hebben we wel verdiend na dit avontuur.